Intonatiepatronen
Intonatiepatronen verwijzen naar het gebruik van toonhoogte en stembuigingen in spraak, wat valt onder de non-verbale communicatiecategorie, met name binnen de 38% stemgebruik. Deze auditieve flexibiliteit stelt ons in staat auditieve ankers te gebruiken. Door intonatie kunnen we vaak een boodschap overbrengen die verder gaat dan de letterlijke woorden. We onderscheiden 3 intonatie patronen.
- Vraag: In dit patroon gebruiken we onze stem omhoog aan het einde van een zin. Dit creëert de toon van een vraag.
- Bewering: Bij dit patroon spreken we de zin zonder significante veranderingen in toonhoogte. De stem blijft min of meer gelijkmatig. Dit benadrukt de feitelijke inhoud van de zin.
- Opdracht: In dit geval gaan we aan het einde van de zin omlaag en/of gebruiken we meer volume. Dit geeft de zin een opdrachtige toon.
Met intonatie kunnen we subtiele nuances in onze communicatie tot stand brengen en de betekenis van een zin benadrukken of verduidelijken. Deze intonatiepatronen worden doorgaans onbewust gebruikt in onze dagelijkse gesprekken en vallen onder de noemer tonaliteit. Door bewust verschillende intonatiepatronen toe te passen in combinatie met vraag-, bewering- of opdrachtstructuren, ontstaan er nieuwe communicatiemogelijkheden. Een van de krachtigste zinsstructuren in onze taal is het gebruik van een vraagstructuur in combinatie met een opdrachtintonatiepatroon, wat een duidelijke en besliste boodschap kan overbrengen. Het subtiel beïnvloeden van intonatiepatronen kan communicatie verrijken en de boodschap kracht bijzetten.